Wat zijn nierstenen en hoe worden ze gevormd?
De meeste urinestenen (urolithiasis) bestaan uit calcium dat is gekristalliseerd uit bezinksel in (meestal) sterk geconcentreerde urine. Er zijn verschillende typen, meestal betreft het calciumoxalaatstenen of calciumfosfaat-carbonaatstenen. Bij jichtlijders zien we eerder urinezuur-uraatstenen. De grootte varieert van kleine gruisjes tot stenen die het gehele nierbekken vullen.Sommige mensen lopen extra kans om nierstenen te krijgen: degenen die aan uitdroging lijden doordat ze in een tropisch klimaat wonen of zwaar lichamelijk werk doen, mensen met een erfelijke aanleg voor nierstenen, degenen die een zittend leven leiden en ongezond eten.
In tegenstelling met wat men vroeger dacht, blijken kalkhoudende stenen niet veroorzaakt te zijn door teveel kalk in de voeding. Integendeel. Een goede manier om zich te beschermen tegen nierstenen blijkt, behalve drinken, ook minder dierlijke eiwitten te gebruiken en meer kalium (in groenten en vooral fruit) en eigenaardig genoeg ... meer calcium!
Hoe kan je nierstenen herkennen?
Veel nierstenen veroorzaken geen klachten. Er is evenmin een verband tussen de symptomen en de grootte van de steen. Grote stenen veroorzaken soms geen pijn, terwijl kleine hevige pijn kunnen uitlokken. Af en toe is er enkel een vage last in de flank.Een niercrisis is een plotse hevige pijn in de zij of in de buik die in golven optreedt. Ze straalt uit van de flank juist onder de ribbenboog schuin naar de onderbuik en soms tot in de liezen en de testikels. De aanval kan zo hevig zijn dat je niet kunt blijven stilzitten. Dit noemen we bewegingsdrang. Misselijkheid, braken en zweten komen vaak voor. Pijn bij het plassen komt voor als de steen in het onderste deel van de urineleider zit. Soms heb je voortdurend het gevoel dat je moet plassen (mictiedrang). Er kan ook bloed en etter in de urine aanwezig zijn. Bij een infectie kan koorts optreden. Stenen die in de nier vastzitten, kunnen leiden tot chronische pijn in de rug en infecties.
Wat kan je zelf doen?
Preventief is het goed om voldoende water te drinken: 6 à 8 glazen per dag. Wacht niet tot je dorst hebt om te drinken, want dan heb je eigenlijk al te weinig vocht. In de beginfase kan te veel drinken de pijn aanscherpen.Is de samenstelling van de steen bekend, dan kun je dieetmaatregelen nemen. Bij calciumoxalaatstenen vermijd je best gedroogde vruchten, kruisbes, brandnetel, asperges, peterselie, bonen, spinazie, noten, rabarber, chocolade, cacao en thee. Urinezuur zit vooral in vlees, vis en schaaldieren. Beperk daarom je vlees- en visinname tot 150 gram per dag. Wees ook matig met zout. Meer dan 6 gram zout per dag verhoogt de calciumconcentratie in de urine. Melkproducten daarentegen spelen geen rol. Die hoef je dus niet uit je voeding te schrappen.
Probeer steeds om de steen op te vangen. Breng hem naar je arts. Die zal hem opsturen voor analyse. De beste manier is om door een fijn zeefje te plassen, eventueel met een filterpapiertje erin.
Complicaties zijn te vermijden
Als een steen die de urine-afvoer blokkeert, niet spontaan wordt uitgeplast of wordt verwijderd kan hij de nier beschadigen.Indien een blokkerende niersteen gepaard gaat met een urineweginfectie ontstaat een levensbedreigende situatie; deze vereist behandeling met antibiotica en een onmiddellijke opheffing van de blokkade door middel van een operatie.
Wat kan je huisarts doen?
Op basis van je klachten en van het lichamelijk onderzoek is de diagnose meestal duidelijk. Je arts zal je een spasmolyticum voorschrijven. Dat is een geneesmiddel dat de spiercellen van de urineleider doet ontspannen. Daarnaast zal hij je ook een ontstekingsremmer geven om de wand te doen ontzwellen. Met deze maatregelen wordt de urineleider breder, en kan de steen indalen.85%t van alle nierstenen is klein genoeg om - zonder ingreep - via de urinewegen het lichaam te verlaten. Een grote steen die vastzit in het nierbekken, of de urineleider of de blaas veroorzaakt veel pijn en blokkeert de urine-afvoer. Dit verschijnsel staat ook wel bekend als nier- of ureterkoliek. De (vaak zeer hevige) pijn straalt uit naar de lies en de dijen en bij mannen ook eventueel naar de penis. De arts zal de patiënt pijnstillers voorschrijven en hem aanraden veel te drinken om het uitplassen van zo'n steen te bevorderen. Anderen raden daarentegen aan om minder te drinken. Zij gaan er dan vanuit van de theorie dat de pijn juist wordt veroorzaakt door een verhoogde spanning in de urinewegen.
Na 3 dagen wordt met een röntgenfoto gecontroleerd of de steen verdwenen is. Is dat niet het geval, of is hij te groot, dan wordt hij verwijderd.
Sommige stenen zijn op een gewone röntgenfoto niet te zien, maar wel op een echografie. Een CT-scan wordt pas gemaakt als er een vermoeden is van nierschade. Er wordt ook altijd een urineonderzoek verricht om een begeleidende infectie op te sporen, en om de concentratie aan urinezuur, calcium en oxalaat te meten. Met een bloedonderzoek bepaalt men de nierfunctie en het gehalte aan calcium en aan urinezuur. Als je een steen kunt opvangen, kan hij worden opgestuurd naar het labo voor analyse.
Verwijzing naar de uroloog voor verwijdering van de steen
Een steen groter dan 4 mm kan verbrijzeld of verwijderd worden zonder een operatie uit te voeren. Met behulp van ultrasoon geluid wordt de steen gedurende een aantal minuten met gerichte ultrageluidsgolven 'beschoten'. Om de pijn van de schokken draaglijk te houden en om gemakkelijker stil te blijven liggen, wordt hierbij een slaapmiddeltje gegeven.Hoewel we van "verbrijzelen" spreken, is het in feite in stukken breken wat gebeurt. Hoe hoger de gebruikte energie van de verbrijzelaar, hoe sneller de steen zal barsten, maar hoe groter de stukken zullen zijn. Daarom verkiest men meestal om traag en op lagere energie te werken, met de bedoeling de steen echt te vergruizen. Dit gruis kan dan gemakkelijker uitgeplast worden.
Een andere methode maakt gebruik van een speciale kijkbuis, de nefroscoop, die via een klein sneetje in de nier wordt gebracht. De steen is nu te zien, wordt verbrijzeld en vervolgens uit de nier verwijderd. Stenen die dicht bij de blaas in de urineleider (ureter) zitten, worden verwijderd via een andere soort kijkbuis, de ureteroscoop. Dit instrument wordt via de pisbuis (urethra), en de blaas in de urineleider gebracht.
Sommige soorten nierstenen zijn oplosbaar. Uraatstenen bij voorbeeld lossen goed op in een oplossing van natriumbicarbonaat; ze zijn te verwijderen door een aantal dagen met deze oplossing te irrigeren. Jammer genoeg zijn de veruit het meest voorkomende stenen, de calciumhoudende stenen, niet veilig op te lossen.
Meer informatie
NierwerkingNierstenen (video Gezondheidsnet.be)